Birma 1

1 september 2013 - Mandalay, Myanmar

eindelijk is het dan zover: we gaan naar Birma! het (eind)doel van onze reis zal in dit zuid-oost aziatische land zijn. in 2006 was ik hier ook al eens, en het land heeft me toen gegrepen. ik ben zeer benieuwd hoe dit weerzien zal zijn, na de politieke veranderingen de afgelopen jaren maar ook natuurlijk de veranderingen "de westerlijke kant op" zoals te zien in veel aziatische en afrikaanse landen.

die veranderingen zijn meteen al duidelijk als we die avond na aankomst de straat op lopen in Rangoon op zoek naar een restaurantje. we hebben het gevoel in India te zijn beland. overal ligt afval op straat (gevolg door invloed van "westerse(/made in china" producten die vaak in veel plastik zijn verpakt of van snel-kapot-plastik zijn gemaakt).  De straten zijn vaak open, er is geen straatverlichting en er lopen veel honden op straat. er wordt van alles verkocht, het lijkt een grote markt: mobiele kraampjes met gekopierde CD'tjes waar (keihard!) muziek wordt gedraaid, kraampjes waar ter plekke betelnut-pakketjes worden geprepareerd (en we dus de rest van onze reis overal rode plekken op de grond zien liggen) en allerlei heerlijke etenswaren die we nooit eerder proeften en ook oude bekenden zoals samosa's.

In Yangon bezoeken we uiteraard de Shwedagon Paya, de bijna 100 meter hoge met goud beklede pagode. Het is een van de belangrijkste bedevaartsoorden ter wereld, er zouden enkele haren van Boedha liggen. in de 5e eeuw voor Christus zou de eerste tempel er staan. Deze adembenemende plek (met nog vele pagodas en gebedsnisjes eromheen) is zo ongelooflijk mooi en bijzonder om te bezoeken. het is prachtig om te zien hoe de birmezen hun geloof belijden, maar ook lunchen in de tempels. voor iedere dag van de week is er een tempeltje, waar water gegoten kan worden op de dag dat je geboren bent. naar het schijnt staat er op de woensdag, de geboortedag van Aung San Suu Kyi, een "beveilings"camera.

wat een indrukken de eerst dag! de straten zijn zeer verouderd, liggen open en veel gebouwen zijn vervallen, het vocht en het weinige onderhoud doet hen geen goed. we hebben vaak het idee dat er in 60 jaar niets is veranderd. we zien enorme pompeuze kerken (uiteraard wel in uitstekende staat) die ons in een onwerkelijke andere tijd brengen met hun "ding-dong", hindoetempels en ook moskeën, en uiteraard ontzettend veel stoepa's. we lopen langs een enorm groot gebouw midden in het centrum met een hoog hek eromheen wat totaal overgenomen is door de planten en bomen, dit moet dus al enkele tientallen jaren leeg staan naar ons idee. het lijkt een wat lugubere plek vinden we, het is totaal vervallen en verlaten en deels ingestort. een paar dagen later horen we van een taxichauffeur dat in dit gebouw mensen van de oppositie (NLD) zijn neergeschoten, om rellen te voorkomen is dit gebouw waarschijnlijk nooit afgebroken.

deze grimmige sfeer, van in een niet vrij land te zijn ervaren wij onze gehele reis. ondanks dat we afbeeldingen van Aung San Suu Kyi op straat zien en er een vrijepers-krant te koop is: The Myanmar Freedom Daily.  de BIrmezen lijken iets gemakkelijker contact te maken en meer aan te toeristen gewend te zijn. al komen we er tijdens onze reis weinig tegen. we zien enkele moderne invloeden zoals een hippe airco-gekoelde donutachtige winkel maar veel blijft zeer Birmees: de oude taxi's, de klemmen aan touwtjes die de post en andere boodschappen omhoog heizen, de mega generators voor ieder relatief belangrijk gebouw (zoals ons hotel) op straat- wat een herrie. en dit is Rangoon, de voormalige hoofdstad. veel mannen dragen een longyi en de Birmezen dragen een elegante paraplu, niet alleen omdat het regenseizoen is maar ook om de zon niet op de huid te laten komen. veel vrouwen, kinderen en jongeren dragen traditionele make-up op hun gezicht. toch is er zeker welvaart te zien: het stratenplan (op zijn amerikaans, opgedeeld in staatnummers) kan het vele verkeer niet aan. er staan altijd verschrikkelijke files. mannen hangen uit bussen, vele taxi´s en ook moderne aziatische auto´s zien we hier voor de rijken.

onze optimistische gedachten krijgen de volgende dag al een flinke knauw. wanneer we in de benauwde warmte richting het station lopen voor een ticket naar Bagan worden we een aantal maal aangesproken door mannen die ons ontraden de trein te nemen, deze zou -naast zeer verouderd en langzaam- onveilig zijn en in handen van de overheid. ze vragen ons heel direct waarom we geld in deze corrupte junta willen geven?

ons treinromantiek is te groot, we besluiten dus dat we alleen geld aan de spoorwegen zullen uitgeven (jammer genoeg gaat het geld niet naar het onderhoud van de treinen blijkt de komende dagen: we lezen -zelfs in de overheidskrant- over ongelukken met treinen en dat kunnen we ons helemaal voorstellen als we er eenmaal in zitten. het is een spannende ervaring, en tegelijkertijd onvergetelijk!

het station en de trein zijn ook weer in zeer vervallen staat, de trein ademt vergaande glorie uit met de gordijntjes voor de ramen en de restoratiewagon waar we biertjes drinken die we niet op tafel kunnen neerzetten zonder dat ze dan meteen op de grond liggen. we rijden langs perron's waar mannen voetbal spelen met hun longyi omhoog geknoopt als een korte broek, we zien rieten huizen op palen boven het water, een grote kleurige markt op een perron, kinderen wassen zich in een rijstveld. de armoede maakt me emotioneel.

wanneer ik de volgende ochtend wakker wordt en het raam omhoog duw, zie ik niets wat op de 21ste eeuw wijst. ik zie ossenkaren met prachtige witte ossen door de rode aarde lopen, vrouwen met een hoed op in het rijstveld werken. ik geniet eindeloos -heen en weer bewegend op het ongelijke ritme van de trein- van het zicht uit het open raam. wanneer mensen zien dat er toeristen in de trein zitten zwaaien ze enthousiast naar ons. 

we zijn een flink stuk naar het noorden gereden en het is al een stuk droger in Bagan. we besluiten dus decadent te doen en een hotel met zwembad (!) te nemen midden in het tempelgebied. 's ochtends en in de namiddag fietsen we wat rond, bezichtigen de eindeloze tempels, slingerend door de akkers, we ontdekken verlaten tempels waar we soms helemaal alleen rondlopen, met zonsondergang klauteren we een steile tempel omhoog voor een prachtig zicht over de vlakte vol puntjes van de eeuwenoude stoepa's. Bagan is vol heerlijke restaurantjes waar we de heerlijkste curry's eten in franse restaurantjes en de volgende dag bij een nepaleese familie die een overheerlijk huisrestaurantje runnen.

het gaat goed met het toerisme want ze zijn flink aan het bijbouwen bij ons hotel. terwijl wij in het zwembad liggen, werken de werkmannen en -vrouwen in de brandende hitte. ws verdienen ze ongeveer 1,5-2 dollar per dag. ook onderweg zien we mannen en vrouwen wegen aanleggen, zonder bescherming asfalt aanleggen. het blijft een continue dubbel gevoel van genieten van al het moois wat dit land te bieden heeft en of de bevolking hiervoor een prijs moet betalen, of zijn ze juist blij met de vooruitgang, het geld wat wij indirect investeren? het is in iedergeval te zien dat de infrastructuur zeer is verbeterd. de bussen zijn zeer luxe en goed geregeld. beschikbare (goede) hotelkamers zijn moeilijk te vinden, zelfs in het regenseizoen. naar ons idee doen we er goed aan dit land te bezoeken, geld uit te geven in lokale restaurantjes en goede guesthouses.

na onze heerlijke dagen in Bagan nemen we bus naar Mandalay. een grote hete stad vol verkeer en stof. we zijn op doorreis naar pyin oo lwin (het voormalige Maymyo) in de koele bergen.

in Mandalay bezoeken we de wereldberoemde The Moustache Brothers. dit trio cabaretiers maakt satirische grappen over het militaire bewind van Burma en heeft hiervoor een zeer hoge prijs moeten betalen. 2 van hen, hebben 6 jaar vastgezeten na een grap te hebben gemaakt bij een bijeenkomst in het huis van Aung San Suu Kyi, een goede vriendin van het trio. tijdens de voorstelling, in hun huis in Mandalay, vertellen zij ons veel verhalen over haar en hun geschiedenis. het trio mag alleen nog optreden voor buitenalnders en in hun gebrekkige Engels maken zij ons zeer aan het lachen, al is het een trieste grap. het is ongelooflijk hoe sterk deze mannen en hun familie zijn.

het is ongelooflijk fijn om weer in Birma terug te zijn. wat een prachtig land en een bijzondere bevolking.

Foto’s